Pemba (14 jaar, India)


Ik werk meer dan 8 uur per dag in de steenkoolmijn in ons dorp. Eigenlijk mogen kinderen dat niet maar ik ben echt niet de enige. Er werken hier zelfs kinderen die pas 5 jaar oud zijn! Zij zijn klein genoeg om door de 15 meter diepe gangen in de aarde te kunnen kruipen. Een volwassen man zou nog net zijn arm erin kunnen stoppen. Die gaten zijn zo klein en vies dat ze ‘rat holes’ worden genoemd. 

Als ik naar beneden ga heb ik alleen een houweel en een zaklamp bij me. Voordat ik weer een gang in kruip bid ik eerst. Ik voel het gewicht van de berg als ik door het krappe tunneltje schuif. Het ademen in deze nauwe ruimte is zwaar. Ik probeer altijd rustig te blijven. Maar ik heb de meest verschrikkelijke ongelukken gezien waarbij vrienden van mij onder de rotsen werden bedolven.  

Bharu was een van mijn beste vrienden. Ook hij is om het leven gekomen in de mijn. Ik herinner me die dag nog heel goed. Hij ging één van de allerkleinste gangen in, waar al veel rotsen naar beneden waren gekomen. Ik hoorde hem schreeuwen en kort daarna was het stil. Wij konden hem niet er uit halen omdat dat veel te gevaarlijk was. Zijn vader en moeder zullen nooit afscheid van hem kunnen nemen want zijn lichaam ligt in één van de vele ‘rat holes’. Ik ben mijn leven ook niet zeker hier, het kan op elk moment voorbij zijn.

 

De donkere rat holes

Mijn vader ging dood toen ik zelf nog maar 8 jaar oud was. Vanaf dat moment moest mijn moeder in haar eentje voor mij en mijn drie broertjes zorgen, én ook nog eens geld verdienen. In de hoop op beter werk voor mijn moeder, zijn we verhuisd naar Meghalaya, een plek in het noordoosten van India. Toch bleek ze niet genoeg voor ons allemaal te kunnen verdienen.


In Meghalaya zijn veel mijnen en om de eindjes aan elkaar te kunnen knopen moest ik daar gaan werken. Ik verdien 2 euro per dag, voor mijn gezin. Mijn jongste broertje is nog maar een paar weken oud en mijn moeder kan minder werken omdat zij voor hem moet zorgen. Ik móet wel in de mijnen werken, anders zou ik niet weten hoe mijn moeder en broertje zich moeten redden.

Ik droom ervan om naar school te gaan. Het lijkt me geweldig om leraar te worden, zodat ik andere kinderen les kan geven en een toekomst kan bieden. Het zou ook mooi zijn om een klein stukje land te hebben waarop ik mijn eigen voedsel kan verbouwen. Dan zou ik buiten in de frisse lucht kunnen zijn in plaats van door deze donkere enge gangen te kruipen. Kon ik maar iets doen waarbij ik niet elke dag hoef te vrezen voor mijn leven! Ik heb hier echt niet zelf voor gekozen. Wat kan ik doen?